Onze geschiedenis
Na de toetreding van 15, vooral Oost-Europese, lidstaten was er nood aan een nieuw elan voor de Europese structuurfondsen, wat met de goedkeuring van het Verdrag van Lissabon in 2007 dan ook gerealiseerd werd. Voor ESF formuleerde de Lissabonstrategie de ambitieuze doelstelling om de werkzaamheidsgraad van de populatie op beroepsactieve leeftijd op te trekken tot 70%. Dit resulteert in een grotere aandacht voor de impact die door ESF gerealiseerd wordt, wat o.m. professionalisering en aandacht voor kwaliteit met zich mee brengt.
De inhoud van de projecten reflecteert de nieuwe tendensen op de arbeidsmarkt. Zo zijn er tegenwoordig projecten die werken rond digitalisering, telewerk, geletterdheid en de integratie van vluchtelingen op de arbeidsmarkt. In Vlaanderen zal vooral ingezet worden op de invulling van knelpuntvacatures en de activering van mensen die om diverse redenen ver verwijderd zijn van de arbeidsmarkt. Daarnaast wordt er ook veel aandacht besteed aan de realisatie van werkbaar werk, zodat meer mensen aan het werk zouden kunnen blijven.
Vanaf de programmaperiode 2021-2027 spreken we over ESF+ of ESFplus. De plus verwijst naar de samenvoeging van het klassieke ESF met andere instrumenten zoals het YEI (Youth Employment Initiative) en het FEAD (Fund for European Aid to the most Deprived). Met deze fusie wil Europa de middelen op een meer coherente en efficiënte manier inzetten. Omdat de afdeling meerdere Europese programma's en middelen beheert werd in 2022 ervoor gekozen om de naam te veranderen naar Europa WSE.